Media tekst

Media


Hans Hofstede: ‘Een bak aanleggen is echt geen rocket science…’

‘Een bodem aanleggen is gewoon vakmanschap. Heel lang is geprobeerd om het een soort van geheim te laten zijn, alsof er een wetenschapper mee bezig was. Maar tegenwoordig: je komt gewoon overal achter.’ Aan het woord is Hans Hofstede uit Dordrecht, aanlegger van rijbodems met duidelijke uitspraken. ‘Ik sta dicht naast de mensen en denk graag met hen mee. Samen kijken we naar een oplossing. ‘

Hans Hofstede, 29 nu, komt niet uit de paardenwereld: ‘Ik ben in de polder opgegroeid, ik was 4 of 5 jaar, ging ik mee met de trekkers, met de buurman, die was akkerbouwer. Altijd erbij als ik vakantie had, dan was het bij hen oogsttijd. Of ik iets met paarden heb? Ja, ik heb altijd vriendinnen gehad met paarden, haha.’ En toch belandde hij in het wereldje, eigenlijk aangespoord door zijn schoonvader Ger van Scherpenzeel van Hippisch Centrum Dordrecht: ‘Daar kwamen ze regelmatig die bakken onderhouden, elke drie maanden wel. Op een gegeven moment konden we samen voor een klein prijsje zo’n installatie overnemen, met zo’n laser en een kilverbak. Ik had het nog nooit gedaan maar het ging steeds een beetje beter.’

‘Ik ben al sinds 2011 voor mezelf bezig. Toen ik 18 was, ben ik van school gegaan, MBO akkerbouw, ben ik bij loonwerkers en akkerbouwers in het grondverzet gegaan. Op graafmachines, shovels, tuintjes aanleggen, dat soort dingen, van alles, als het maar met grond te maken had. Gewoon uurtje factuurtje maar dat was op den duur toch niet zo mijn ding. Ik wilde iets opbouwen, niet 40 uurtjes werken en dan denken: het is mooi geweest. In het grondverzet is het soms van 7 tot 4, dat zag ik niet zo zitten voor de rest van mijn leven. Ik wilde met wat meer uitdaging gaan werken. Nu maak ik veel meer uren hoor!’

‘Ik kende Priscilla nog niet zo heel lang, ik denk twee maandjes, toen heb ik met haar vader die installatie gekocht. Je weet snel wanneer iets goed zit hè? Vanaf dag 1 heb ik een goede band met hem gehad. Hij zei: joh, die man wilt die machine verkopen, zullen we daar gaan kijken? We hebben meteen gekocht, zonder dat we er verstand van hadden. Ik ben gaan uitproberen, heel veel, omdat het echt wel een gefriemel is om te zorgen dat het helemaal strak komt te liggen. Daar zijn allemaal kleine handigheidjes voor, daar kom je pas achter als je het doet. Langzamerhand ging het beter, zeker wel een half jaar flink gevloekt soms, vooral omdat het niet altijd ging zoals ik dat wilde. Dan was die eigen manege weer een groot voordeel: daar konden we uitproberen, ’s avonds of in het weekend, naast mijn werk.’

‘In het begin was het heel moeilijk maar ik wist steeds meer door heel veel te kijken, samen met mijn zwager Sander: zo kwamen we erachter hoe ze die bakken opbouwen. Ik heb dingen geprobeerd, paddockjes gemaakt, om iets te kunnen maken als visitekaartje. En om zeker te zijn dat het goed is. In 2018 heb ik er een naam aan geplakt: Hofstede Manegebodems, naast het loonbedrijf dat ik eerst deed. En toen ben ik op zoek gegaan naar werk. Mijn schoonvader had via zijn manege best wel veel contacten, hij is her en der langsgereden: joh, mijn schoonzoon kan die bak voor je vlakken als je wilt, da’s een hartstikke goeie jongen, dat soort dingen. Of ik erbij was? Nee, het is gewoon zo, haha!’

‘Maar ja, ga dan maar eens zo’n bak vlakken. Het is 9 van de 10 keer toch hun inkomstenbron, dat moet je niet verzieken. Ze zien dat wel een beetje als hun kindje. In het begin ben ik bij een pensionstal en een manege geweest, die zeiden allebei dat mijn schoonvader zo enthousiast was. Ik mocht laten zien wat ik kon. En ik deed natuurlijk de bakjes thuis in de manege, dat scheelt heel wat geld op jaarbasis. Na drie of vier maanden heb ik mijn eerste bak gemaakt, bij een pensionstal in Zwijndrecht. Die eerste bak was geen vetpot, sterker nog, die heeft geld gekost. Er kwamen natuurlijk dingen naar voren waar ik geen rekening mee had gehouden. Beetje verkeerd gerekend, je loopt tegen dingen aan waar je in de praktijk pas achter komt. Dat was dus de eerste die ik deed.’

Met mensen omgaan
‘Ik heb me ook wel afgevraagd: hoe kan ik het beste met de mensen omgaan? Da’s ook wel een dingetje. Ik ben er wel achter dat je gewoon jezelf moet blijven. Iedereen die bakken aanlegt heeft zo zijn eigen ideeën en manieren en keuze van soorten zand. Terwijl het allemaal ongeveer hetzelfde is. Het is echt niet zo dat iemand met ander zand werkt en daarmee een betere bak maakt. In de aanpak zijn er wel kleine verschilletjes. Bij voorbeeld met eb-en-vloed bakken, dan maken wij de sleuven voor de drainage zo dat de drainage op het diepste punt ligt. De verschillen zitten in dat soort kleine dingen. Het gaat echt niet om beter zand, dat is niet zo, er is maar 1 type zand dat werkt, gewoon omdat het om de korrelgrootte gaat van het zand.’

‘De prijs voor een rijbak is best wel fors, door de arbeid, de machines, de materialen, de zandsoort, de vlokken, de putten. Er zijn altijd mensen die naar de plaatselijke loonwerker gaan en dan zeggen: die kan het voor de helft van het geld. Ja, kan ik ook, maar dan hebben we het over ander zand. Plus veel loonwerkers keren als het ware de bodem zonder aandacht voor de verschillende lagen. Dat werkt heel even, een jaar of twee, maar daarna laat het geen water meer door. Komen ze alsnog terug: tja Hans, misschien toch maar beter een nieuwe bak maken. Goedkoop is dan toch echt duurkoop.’

Zand uit België
‘Mijn zand komt vooral uit België, uit een groeve, net zoals anderen dat doen. Vers uit de groeve, niks mee gerommeld, met de juiste korrelgrootte. We hebben her en der in ons land ook leveranciers maar dan gaat het om gezeefd zand op een bepaalde korrelgrootte. Dan heb je het nadeel dat je maar één korrelgrootte hebt, dat we vaak binnen gebruiken: als het zand gezeefd is, dan is ie een bepaalde structuur kwijt, mist ie eigenlijk de grotere korrel. We hebben het uitgeprobeerd: twee bakken, bij de een duurde het gewoon langer tot het water weg was. Dat zijn de dingen die je thuis kunt uitproberen.’

Waarom zou iemand Hans Hofstede moeten bellen? ‘Omdat ik denk ik het verschil maak in de omgang met de mensen. Ik sta dicht naast de mensen en denk graag met hen mee. Samen kijken we naar een oplossing. Vanaf het eerste klantcontact tot en met de oplevering luister ik goed naar de wensen van de klant. En hier gaan we in de toekomst mee verder omdat blijkt dat de klanten dit waarderen. Ik heb tegen Priscilla gezegd: als ik hierin verander, geef me asjeblieft een tik op de vingers. Die tijd is niet meer. Mensen willen een goede bak, als het regent moet het goed zijn, als het droog is moeten ze ook kunnen rijden. Die zitten echt niet te wachten op een pipo die met moeilijke woorden een bak komt verkopen. Het is echt geen, hoe noemen ze dat, rocket science, je moet alleen de juiste spullen hebben en ze op de juiste manier toepassen.’

Elke punt van de bak op dezelfde hoogte
‘In elk bak, een eb-en-vloed of een gedraineerde bak, heb je twee verschillende zandlagen: de drainagelaag en de toplaag. Wij doen alle twee de lagen egaliseren met de kilverbak, net zolang tot dat de lagen goed verdicht zijn, zó goed dat je geen spoortje meer ziet als je eroverheen loopt. Je kunt ook de twee de lagen er direct achter elkaar overheen leggen, en dan alleen de toplaag kilveren. Dat werkt natuurlijk tien keer sneller maar het water komt dan te snel omhoog bij het rijden. Dan gaat de bodem op verschillende plekken ook nazakken en dan zie je na een jaar hoogteverschil. Als je de zandlagen goed gaat verdichten, komt dat niet voor. Ik werk zo dat ik elke laag egaliseer, zodat elk punt van de bak op dezelfde hoogte ligt. Als je zoveel werk besteedt aan de opbouw, dan zie je dat terug in het resultaat.’

‘De trend is toch wel eb en vloed. Dat is wel het duurste, maar als ik een gedraineerde bodem met sproei-installatie aan moet leggen, dan ben je uiteindelijk duurder uit. Het gaat toch voornamelijk om particulieren, die kopen midden in de polder een huis met een schuur, paardje erbij. Daar staat altijd wind, altijd. Dan werkt een drainagebodem met sproei-installatie niet fijn, terwijl je er met eb-en-vloed geen omkijken naar hebt. In Brabant zie ik dat veel bij particulieren die een eigen spulletje kopen, ook omdat het daar nog net iets beter te betalen is. Als je de prijzen hier in Dordrecht ziet, dat is geen vergelijking.’

Het is vakmanschap
‘Als mensen mij benaderen, vind ik dat best wel een grote eer. Voor mij is de klant sowieso koning, en ik ben bij hen te gast. Ik kijk samen met de mensen hoe we het het beste kunnen doen. Want het is geen wetenschap die bakken, het is vakmanschap. Tegenwoordig kom je ook gewoon overal achter. Even een monster nemen, naar een onderzoeker: die kan me precies vertellen welk zand gebruikt is, morgenochtend heb ik de uitslag. Je kunt ook naar de plaatselijke zandhandel gaan voor M3C-zand dat dan vaak geadviseerd wordt. Dat komt een beetje in de buurt van het toplaagzand maar die kwalificatie is veel te grof. Nu het weer aantrekt, gaan mensen volgens mij echt verder kijken.’

Hans Hofstede opereert vanuit de schuur bij de manege: ‘Tja, dat wordt nu wel een beetje te klein. Maar ik denk wel tien keer na voordat ik iets ga doen. Er moet een vaste stroom komen in de rijbakken, onderhoud, vervanging. Onderhoud is ook megabelangrijk. Als je er niet naar omkijkt, kan je na drie jaar de bak verziekt hebben. Elk jaar even recht leggen, de toplaag opfrissen, dat is toch het behoud van de bodem, net als altijd mest opruimen. Ik heb best nog wel een verlanglijstje van spullen die ik graag aan wil schaffen. Als je alles van de bank hebt staan en er komt zoiets als afgelopen jaar….sowieso kun je zeker drie maanden per jaar weinig tot niks doen, maar je moet de spullen wel doorbetalen. Het moet voor iedereen wel betaalbaar blijven….’

Bron: nieuws.horse/2021/06/03/hans-hofstede-een-bak-aanleggen-is-echt-geen-rocket-science/


De juiste bodem voor de rijbaan, essentieel voor een gezond en sterk paard

De bodem van de rijbaan is allang niet een ruimte gevuld met simpel zand. Er zijn tegenwoordig veel verschillende opties waar u als ondernemer voor kunt kiezen. Een eb een vloed systeem, een all weather bodem of de welbekende Agterberg bodems, de opties vliegen u om de oren. Erg fijn natuurlijk dat u tegenwoordig verschillende opties heeft om uit te kiezen, maar wat is voor uw situatie nou de meest geschikte bodem? 

Het belang van een gevarieerde bodem

Lynn Stareng is paardenosteopaat en instructrice bij Manege Meulendijks. Zij geeft aan dat paarden op meerdere ondergronden moeten leren lopen. Dat is niet alleen goed voor de fysieke ontwikkeling van het paard, maar ook voor het resultaat op concours. Zo zal een paard wat gewend is aan verschillende type ondergronden, minder voorzichtig bewegen bij nieuwe bodem. Zij ziet dan ook graag dat paarden regelmatig buiten rijden op verschillende ondergronden zoals bosgrond, strand of asfalt. “Wat niet optimaal is aan de bodem, moet het paardenlichaam compenseren”, geeft Lynn aan. “Is de bodem te glad, moet het paard zich tegenhouden. Biedt de bodem geen constante weerstand, kan het paard nooit goed afdrukken. Is de bodem te hard, kan hij niet goed door zijn lijf strekken. Voor een optimaal trainingsresultaat is de paardenbodem dus zeker van belang”.

Ook Frans Wijlaars van Wijlaars Grondwerken zegt dat het niet gaat om dezelfde bodems, als de bodems waar op gereden wordt maar van goede kwaliteit zijn. Zo geeft hij aan: “In de topsport rijden de ruiters de ene week in Miami op zand en een week later in Aken op gras. Dit zijn heel andere omstandigheden. Er is maar één ding echt slecht, een ongelijkmatige bodem waarin harde en zachte stukken elkaar afwisselen”.

Een constante bodem met goede demping ondersteunt de balans van het paard. Dit is voor een (top)sportpaard van belang om zich maximaal te ontwikkelen. Ook voor manegepaarden is een constante bodem van groot belang. Zij moeten anders niet alleen zichzelf corrigeren, maar hebben ook te maken met (beginnende) ruiters die de balans van het paard van bovenaf verstoren.

“Wanneer een bodem niet voldoende veert, of ongelijk(matig) is, moeten de ligamenten en pezen harder werken om de gewrichten te ondersteunen. Uiteraard draagt niet alleen de bodem bij aan het voorkomen van blessures. Het is een schakel in de volledige managementketen.” – Lynn Stareng, Lynn Stareng Osteopathie

De concourspiste creëert een gelijk speelveld

Een goede bodem is een must-have om professionele concoursen te organiseren. Leon Sommerdijk van Stal Klein Amerika vertelt dat de bodem een concours kan maken of ervoor kan zorgen dat het moet worden afgezegd. Door het water in de bodem constant te houden, regelmatig te slepen en te kiezen voor een juiste zand- en vezelmix, wordt een gelijker speelveld gecreëerd en is men minder afhankelijk van het weer of aantal starts. “Op onze accommodatie zijn recent de buitenpistes vernieuwd. Hierdoor kunnen wij op ieder niveau  dressuur- en springwedstrijden organiseren” zegt Leon.

Frans Wijlaars vertelt dat bodems die gedurende de week voor trainingen en lessen gebruikt worden vaak losser zijn dan in de weekenden, met concoursen. Een vastere bodem is geschikt voor een accommodatie waar veel gesprongen wordt. Dit helpt de paarden doordat het minder energie en peesbelasting kost dan een losse bodem.

Verschillende opties

Er bestaan vele type bodems, dat het soms lastig kan zijn om te bepalen welke bodem voor uw accommodatie het meest geschikt is.
“De laatste jaren worden met name de zandvezel op lava, eb en vloed en waxbodems veelvuldig verkocht” aldus Frans Wijlaars. De zandvezel op lava bodem verbruikt redelijk veel water, omdat deze van bovenaf gesproeid dient te worden. Om verkleuring van bodem en omheining te voorkomen moet dit water zuiver zijn. Bij een eb en vloedbodem wordt van onderaf water toegevoegd, hierdoor volstaat ook opgevangen regenwater en grondwater. Bij een eb en vloedbodem verdampt geen water aan het oppervlakte. Met name met sproeiverboden of heet zomerweer, maakt een eb en vloedbodem een groot verschil in waterverbruik.

Eb en vloedbodems verbruiken 60 tot 70% minder water dan een gesproeide bodem in dezelfde condities. “ – Frans Wijlaars, Wijlaars Grondwerken

 Een waxbodem wordt voornamelijk verkocht voor galoppeerbanen met hoogte verschillen, waar een eb en vloedbodem niet mogelijk is. De waxbodem is, net als een eb en vloedbodem, het hele jaar door berijdbaar.  Het nadeel van een waxbodem is dat deze duurder is en wat ruikt.

Hans Hofstede van Hofstede Manegebodems ziet een verandering in de afname van de bodems. “De eb- en vloedpistes zijn met name buiten bekend zijn, maar wij merken dat ze ook steeds vaker binnen aangelegd worden. Zo blijft het waterpeil beter constant dan met een beregeningsinstallatie” geeft Hans aan.

Naast de wateropname is er ook nog een grote variatie in de verschillende zand en vezelmixen. Vezels geven een bodem meer stabiliteit en een betere waterdoorlatendheid. “Wij merken dat in de dressuur vaker gekozen wordt voor een bodem zonder vezels en in springen juist gekozen wordt voor veel vezel. De mix moet worden aangepast op het gebruiksdoel” geeft Frans Wijlaars aan.

Hans Hofstede merkt dat particulieren vaak kiezen voor een witte vlok en grote manegebedrijven voor een donkere. Dit omdat er vaak meer mest in een manegebaan valt en de donkere vlok in aanschaf goedkoper is. Tussen de verschillende vlokken is een klein kwaliteitsverschil, toch blijft het meest belangrijk dat zo min mogelijk mest zich met de bodem mengt om de kwaliteit van de bodem zo lang mogelijk constant te houden.

Het belang van onderhoud

Of er nu een oude, of nieuwe bodem ligt, er is veel winst te behalen met goed bodemonderhoud. Zo kan een oudere manegebodem met een juiste bodemsleep, die ca. 6 cm diep kan, de bodem rul houden en helpt het egaal sproeien bij het op peil houden van de waterhuishouding.

Naast het regulier, dagelijks, onderhoud moet de bodem regelmatig diep losgemaakt worden, zodat de onderlaag niet te onregelmatig of vast wordt.  Als de mest niet goed wordt verwijderd, vervet de bodem en laat hij steeds slechter water door. Leon Sommerdijk wijst zijn pensionklanten daar dan ook vriendelijk op: “Het vernieuwen van een bodem is immers een flinke investering.”  

Hans Hofstede geeft aan dat bedrijven vaak kiezen voor 1 grote onderhoudsbeurt per jaar. Toch adviseert hij om dit meerdere malen per jaar te (laten) doen.

Het onderhoud kost jaarlijks ca. 6% van de aanschafwaarde vertelt Frans Wijlaars. Het is van belang dat een ondernemer rekening houdt met deze onderhouds- en afschrijvingskosten zodat hij in de toekomst ook beschikt over een topbodem.

Bron: www.fnrs.nl/nieuws/431-de-juiste-bodem-voor-de-rijbaan-essentieel-voor-een-gezond-en-sterkpaard


 

Loonbedrijf Hofstede logo
Loonbedrijf Hofstede

Terugbel verzoek

Vul uw contactgegevens in
Tekst - Insta titel

Bekijk onze instagram pagina

Loonbedrijf Hofstede logo
Loonbedrijf Hofstede

Copyright © 2024 Loonbedrijf Hofstede | Site-Index | Privacyverklaring | Alle rechten voorbehouden

Designpro.nl | Z-IM